De Giraf (Giraffa camelopardalis)
- de naam komt van het Arabische woord serafe, wat lieflijk betekent
- leeft in de savannen van Afrika in kleine kuddes van 6 tot 12 giraffen
- wordt 4-5 mtr hoog , 500-1500 kg zwaar en kan 28 jaar oud worden
- iedere giraf heeft een eigen vlekkenpatroon; je kunt het vergelijken met de unieke vingerafdruk van mensen
- heeft een stevig skelet met 7 nekwervels (net als de hond en de kat), de wervels zijn wel 30 cm lang
- is een telganger, zijn linker voorpoot en linker achterpoot bewegen tegelijkertijd
- heeft een lange staart met een ruwe haarkwast; een uitstekende vliegenmepper
- heeft een goed gezichtsvermogen
- de tong is wel 40 cm lang, dik en ruw zodat de giraf gemakkelijk zijn favoriete stekelige acacia-bladeren kan eten
- is een goede zwemmer
- de mannen vechten met hun hals en schedel, daarom hebben ze een dikkere schedel
- is niet agressief, maar de mannen leven niet graag samen in één gebied. Daarom wordt er tussen de mannetjes onderling veel gevochten. De winnaar van dit ‘nekworstelen’ is het mannetje dat tijdens het gevecht recht kan blijven staan
- heeft weinig vijanden; hij ziet het gevaar bijtijds, kan hard schoppen en zijn topsnelheid is wel 55 kilometer per uur
- in de bronsttijd kun je beter uit de buurt blijven
- slaapt liggend met zijn kop op de romp en slaapt maar 4 uur per dag in kleine slaapjes van maximaal 5 minuten
- de laatste 30 jaar is het aantal giraffen met 65% afgenomen; de giraf staat op de lijst van kwetsbare diersoorten